Trek nuttige insecten aan door bloemen te zaaien
Een mooiere planeet begint in eigen tuin. Soms is een klein gebaar, zoals bloemen zaaien, al genoeg om de biodiversiteit flink vooruit te helpen. Want hoe meer nectar en stuifmeel, hoe meer bijen, hommels, vlinders en lieveheersbeestjes in je tuin.
Een tuin met veel variatie in planten en hoogtes, en met veel bloemen, vormt een waar paradijs voor bijen, hommels, vlinders en andere nuttige insecten. En die trekken op hun beurt weer andere dieren aan, die leven van insecten, zoals vogels, egels, padden, kikkers en salamanders. Laat je in je tuin voldoende plaats voor tuinresten zoals droge stengels en dood hout, dan vinden al die dieren daar niet alleen voedsel maar ook plekken om te schuilen, te nesten en zich voort te planten. En daar wordt ook het bodemleven in je tuin beter van.
STAPPENPLAN
Zo zaai je een bloemenmengsel
De snelste manier om meer bloemen in je tuin te krijgen, is door een stukje in te zaaien. Dat kan gaan van een paar vierkante meter, tot een heuse bloemenweide! Zaai tussen midden maart en begin mei, voor een zomer én najaar vol bloemen!
- Maak de bodem gras- en onkruidvrij, en hark de aarde fijn.
- Wacht 3 weken. In die periode zullen tal van ‘onkruid’zaden kiemen. Schoffel ze weg.
- Zaai de bloemenzaden. Kijk op de verpakking hoeveel zaad je nodig hebt voor het aantal m² in jouw tuin.
- Hark heel lichtjes in, de meeste bloemenzaden hebben licht nodig om te kiemen.
- Rol aan, zodat de zaadjes goed vast liggen.
- Besproei met de tuinslang als er geen regen voorspeld is. Houd de zaadjes vochtig tot ze kiemen.
- Bemest niet, inheemse bloemen groeien het best op arme grond!
- 8 à 12 weken na het zaaien geniet je al volop van bloemen.
Zo nuttig voor je tuin!
Hoe meer verschillende insecten er in je tuin leven, hoe meer hij in evenwicht is. Zaai dus vooral veel bloemen, en liefst zo gevarieerd mogelijk: hoe diverser het buffet, hoe meer verschillende gasten. Met (inheemse) bloemen trek je bestuivers als bijen, hommels en vlinders aan, die voor een grotere oogst van groenten en fruit zorgen. De bloemen lokken ook nuttige insecten, zoals zweefvliegen en sluipwespen, die jouw planten op een natuurlijke manier beschermen, en het ecologisch evenwicht in je tuin bewaken. Hoe meer lieveheersbeestjes, hoe minder bladluizen, en hoe meer mezen, hoe minder rupsen op jouw kolen. Merels en lijsters houden het slakkenbestand onder controle. Zo worden planten op een natuurlijke manier beschermd… simpelweg door bloemen te zaaien.
Welke bloemen kiezen?
Koop niet zomaar een lukraak bloemenmengsel, kies bewust voor zoveel mogelijk inheemse bloemen, zoals korenbloem, klaproos, kamille, gele ganzenbloem, ... Die typische akkerbloemen doken vroeger spontaan in de velden op, maar zijn nu grotendeels verdwenen. En dat terwijl ze zoveel nectar en stuifmeel aan tal van inheemse bijen en vlinders bieden! Ga voor een mengsel dat past bij de bodem van je tuin. In volle zon, op arme, schrale grond krijg je de kleurrijkste bloemenvariatie; in rijkere grond durven de grassen de overhand te nemen. Neem je een bloemenmengsel waar organische bodemverbeteraar onder gemengd zit, zoals DCM Bloemenmengsels, dan stimuleer je ook nog eens het rijke dierenleven in de grond. Een actiever bodemleven houdt je planten sterk en gezond.
Eenjarige én meerjarige bloemen
Wil je jarenlang geniet van je bloementuintje of bloemenweide, neem dan een zadenmengsel met eenjarige en meerjarige (‘vaste’), liefst inheemse planten. Zaai je enkel eenjarigen, dan verdwijnt het kleurrijk effect grotendeels na 1 à 2 jaar, en moet je opnieuw inzaaien. Combineer je eenjarige en meerjarige bloemen zoals in de DCM Bloemenmengsels, dan krijg je een rijke en duurzamere bloementuin, die vele jaren na elkaar bloeit. Het eerste jaar geniet je honderduit van de eenjarigen, daarna nemen de meerjarige bloemen het over. Door de jaren heen zal je bloemenweide evolueren. Sommige planten zullen het er minder naar hun zin hebben en verdwijnen, andere zullen zich net opperbest voelen in jouw tuin en zich uitbreiden. Maai je gemengde bloemenweide één keer per jaar, eind september of begin oktober.
Plant extra bloemen bij
Plant gerust nog wat extra meerjarige of vaste inheemse planten bij; hoe meer variatie, hoe beter voor de biodiversiteit. Kies je planten in functie van de bodem, en niet lukraak op basis van kleur of aaibaarheidsgehalte. Op arme grond zullen duizendblad en het grasklokje het bijvoorbeeld goed doen. Op normale bodem kaasjeskruid, knoopkruid en margrieten, en op een nattere plek kun je pinksterbloemen of echte koekoeksbloem planten. Beemdkroon en veldsalie houden van droge, kalkhoudende grond. Plant je er in september extra bloembollen in, zoals krokussen, wilde narcissen, lenteklokjes, zomerklokjes, prairielelie, kievitsbloemen, vogelmelk, … dan heb je al kleur vanaf februari en heel vroeg nectar en stuifmeel voor bijen en hommels.
Duizendblad
Kaasjeskruid
Margriet
Krokus
Waarom inheemse bloemen zo belangrijk zijn? Lees er hier alles over